Kotsbeu

Een maand of twee leefde ik in de gelukzalige veronderstelling dat de dating-carroussel vol psychopaten en randdebielen eindelijk stil stond. Tussen al die saaie, domme en grotendeels compleet getikte huisvaders had ik dan toch eindelijk een kinderloze vent opgeduikeld die niet contactgestoord of door een ex-partner volledig geestelijk geruïneerd was.

Helaas. Het was toch weer een eikel.

Afwijzing is vervelend. Weer een ontbindend lijk op de begraafplaats van mijn liefdesleven moeten dumpen is niet leuk. Maar ronduit frustrerend is alle goede raad die na iedere mislukte relatie ongevraagd mijn kant op komt. Het begint altijd met ongeloof. ‘Hoe kan het nou dat JIJ nog alleen bent?’ ‘Waarom kom JIJ toch altijd alleen maar mafketels tegen?’ Dan volgt een plan van aanpak, op te delen in twee tegengestelde visies.

Kamp A vindt dat ik gewoon bot moet volhouden, me op meer dating apps moet inschrijven en nog actiever online moet gaan daten. En dan komt steevast het voorbeeld van dat bevriende stel dat elkaar leerde kennen op Tinder en inmiddels een trouwboekje, een hond en vier kinderen verder is.

Kamp B staat daar diametraal tegenover. Klaar met al die apps en websites. Ik moet meer naar buiten, me onder de mensen begeven. Ik moet bij een sportclub, op kookles, naar een fotografiecursus of een filosofieworkshop. Dit advies wordt standaard gevolgd door het verhaal van een kennis die de liefde van haar leven zomaar toevallig tegenkwam bij de fietsenstalling. Of in de bibliotheek. Bij een concert. In de trein. Allemaal plekken waar ik bovengemiddeld vaak kom, maar als ik daar eens in het wild een leuke vent aanspreek staat ie me aan te kijken alsof ik net op zijn schoenen heb zitten kakken. Een Amsterdammer die ik ooit in de kroeg aansprak had het mooiste antwoord: ‘Kun je me vinden en liken op Tinder? Dan chatten we daar verder.’

Ik hou niet van goede voornemens, maar ga met enige vertraging dan toch maar een uitdaging aan voor 2020. Een jaar zonder online daten. Want ik denk dat ik na een olympiade aan voortslepende ellende voorzichtig tot de conclusie mag komen dat daar voor mij de oplossing niet ligt. Daarnaast ben ik de lopende band aan gekkies die online voorbijkomt kotsbeu. Van iemand die je in levenden lijve tegenkomt weet je bovendien gelijk hoe hij er echt uit ziet, in plaats van tien jaar geleden, toen hij nog niet grijs of kaal was en nog een six pack had.

En omdat jullie het blijkbaar allemaal zo goed weten: vertel me maar welke cursus ik moet gaan doen waar alle mentaal gezonde alleenstaande kinderloze mannen van rond de 40 uithangen. Ik ga wel.

Ik hoor van jullie.

5 thoughts on “Kotsbeu

Leave a comment

Design a site like this with WordPress.com
Get started